Overslaan en naar de inhoud gaan
Title
dlk

De eerste vraag die ik stel is: ‘Waarom hebben jullie samen met mevrouw Strijbosch het koor opgericht?’ Een stortvloed van argumenten vliegen over tafel, het is leuk om te zingen, het is leuk om met elkaar te zingen, het is leuk om meerstemmig te zingen, je leert skills om beter te zingen, het is leuk om op een podium te staan, kortom, het is fantastisch om bij het DLK te zitten. Er worden door het DLK voornamelijk popliedjes gezongen, zelf houden ze ook van andere stijlen, zoals Gothic en heavy metal, maar dat is minder geschikt voor een koor. Het door mevrouw Strijbosch aangedragen Hebreeuwse lied vonden ze allemaal ook mooi om te zingen.

Kwetsbare kant
Voor een optreden zijn ze soms wel een beetje zenuwachtig, maar dat hoort erbij, want je laat je kwetsbare kant zien. En ook als er familie in de zaal zit wil je dat het heel goed gaat, dat geeft dan wel extra spanning. De optredens beperken zich tot nu toe tot de optredens bij het DLT, maar ze willen graag ook als DLK op gaan treden bij bijzondere gelegenheden op school. Maar dan moeten er eerst meer leden komen, anders voelen ze zich meer een meidengroep dan een koor.

Oproep: kom zingen bij het DLK
Ze doen dus een oproep aan alle leerlingen op Het Drachtster Lyceum en het Matrix Lyceum: ‘Vind je zingen leuk? Kom bij het DLK!’ De vraag of er ook jongens op het koor mogen, wordt ook met een gezamenlijk enthousiast ‘ja’ beantwoord. Leerlingen die mee willen zingen kunnen zich bij de koorleden melden, of bij mevrouw Strijbosch. Er is geen auditie, je kunt een tijdje mee komen zingen en als dat van beide kanten bevalt dan kun je blijven. Je hoeft niet echt heel goed te kunnen zingen, als je toon kunt houden, dan kun je al meedoen. Het is echter niet vrijblijvend, er wordt wel verwacht dat je inzet toont en bij elke repetitie aanwezig bent.

Altijd blijven zingen
Zingen betekent alles voor de meiden van het DLK, ze zingen de hele dag door; thuis, op school, op de fiets… Er volgt een anekdote: ‘Ik fietste zingend een groepje kinderen, die met open mond mij na staarden, zo van wat is die aan het doen? Maar dat is dan pech voor die kindjes, want ik zing gewoon door!’ Ze overwegen ook allemaal om muziek als examenvak te kiezen, en willen zeker ook na de middelbare school op één of andere manier blijven zingen en optreden, al dan niet gecombineerd met acteren of dans. Ze zullen hoe dan ook altijd blijven zingen. Hoeveel zingen voor hun betekent blijkt uit het dilemma dat ik ze voorleg: ‘Als je moest kiezen tussen nooit meer zingen of nooit meer op je telefoon, wat zou je dan doen?’ Na een korte aarzeling zeggen ze toch overtuigend in koor: ‘Nooit meer op mijn telefoon!’ 
 

door: Mark Spijkers